Ruim een op de drie uitzendkrachten heeft meer dan één baan nodig om de eindjes aan elkaar te knopen. Bijna de helft van de mensen met een uitzendcontract kan daar nauwelijks van rondkomen.
Dat blijkt uit een onderzoek dat vakbond CNV heeft laten uitvoeren onder 600 uitzendkrachten. Zes op de tien uitzendkrachten zouden liever een vaste baan hebben. Een kwart van de ondervraagden moet fulltime beschikbaar zijn, terwijl ze maar een dienstverband hebben voor deeltijd.
CNV-voorzitter Arend van Wijngaarden noemt de cijfers ontluisterend. Veel uitzendkrachten doen hetzelfde werk als mensen in dienst, zonder uitzicht op een vaste baan.
Kloof tussen werknemers
Het toont volgens Van Wijngaarden aan dat werkgevers uitzendwerk al lang niet meer zien als opvang voor pieken en vervanging bij ziekte. CNV wil meer zekerheid voor uitzendkrachten over doorbetaling bij ziekte en bescherming tegen ontslag.
In juni spraken de bonden en twee grote brancheorganisaties nog af dat er een CAO zou komen voor alle uitzendkrachten. CNV noemde dat toen een doorbraak, maar gaf meteen aan dat er een kloof blijft bestaan tussen werknemers met een vast contract en uitzendkrachten.
