Van zwakke schakel naar sterkhouder: hoe Yannick Carrasco open bloeit bij Atlético

© BELGAIMAGE

Door veel waarnemers was hij al begraven toen hij naar China vertrok, maar kijk: Yannick Carrasco is terug en speelt een van zijn beste seizoenen.

Dit stuk komt uit Raimundo, het nieuwe e-magazine van Sport/Voetbalmagazine.

Met een blik vol vermoeidheid en onrust kijkt hij naar de vierde scheidsrechter. Drie minuten extra speeltijd lijken drie minuten te veel aan het einde van een eerste helft waarin Yannick Carrasco achter een ongrijpbare bal heeft gelopen. De grasmat mag dan Madrileens zijn, de bal is duidelijk blaugrana in deze topper van de tiende speeldag in La Liga. Barcelona heeft 58 procent balbezit gehad en zit al aan 350 passes. De Rode Duivel ziet af op de linkerflank in het systeem met een driemansverdediging dat Diego Simeone heeft neergezet. Het mag dan al hetzelfde systeem zijn als dat van Roberto Martínez, de bedoelingen ervan zijn een stuk minder offensief gericht. De Belgische dribbelaar van de colchoneros opereert veeleer als linksback dan als linkerflankaanvaller.

De seconden lijken minuten te duren, maar Carrasco weet feilloos het juiste moment te kiezen om zijn laatste krachten aan te spreken. Hij rent achter een diepe pass van Ángel Correa in de rug van de Barçaverdediging en schakelt met een geniale tik van de hiel de ver uitgelopen Marc-André ter Stegen uit. Vanop dertig meter legt hij de bal koeltjes in het lege doel. ‘Van zodra ik alleen doorgebroken was, heb ik niet meer getwijfeld. Ook al was ik nog ver van het doel, ik wist dat ik zou scoren. Calidad belga‘, glimlacht hij een uur later in de catacomben van het Wanda Metropolitano, waar de gastheren vieren dat ze nog wat langer aan de leiding blijven in La Liga.

Met die tweede goal van het seizoen bevestigt Yannick Carrasco dat hij weer helemaal terug is en de weken erop zal hij dat nog meer in de verf zetten. Eind 2020 zit hij aan vier assists, maar dan beroven een coronabesmetting en een blessure hem van zijn beste vorm tot in de lente. Met zes beslissende acties in vier wedstrijden in april is hij sindsdien wel de voornaamste troef in de eindsprint van het team van El Cholo, die jacht maakt op een tweede nationale titel als coach. Voor Carrasco heeft de terugkeer naar de bron dus iets van een metamorfose. Terwijl hij in zijn eerste Madrileense periode een van de onregelmatigste spelers was van Atlético, is hij nu een van de sterkhouders.

Yannick Carrasco: flitsende dribbels en schijnbewegingen op de linkerflank.
Yannick Carrasco: flitsende dribbels en schijnbewegingen op de linkerflank.© BELGAIMAGE

De onzichtbare voorbereiding

De analyse van Diego Simeone is dezelfde als die van Roberto Martínez: ze hebben gezien hoe Carrasco tijdens zijn verblijf in China een flinke shot maturiteit gekregen heeft. In Dalian, een kuststad nabij de grens met Noord-Korea, heeft de Rode Duivel het belang ingezien van wat men ‘de onzichtbare voorbereiding’ noemt. De Brusselaar verzorgt nu beter zijn voeding, neemt veel rust en let vooral erg goed op zijn recuperatie.

‘Wanneer je nog jonger bent, denk je dat je alleen maar op het veld moet werken, alleen maar doen wat de coach je opdraagt’, vertelde hij aan El País kort na zijn terugkeer naar Spanje. ‘Als je wat ouder wordt, begint je lichaam eronder te lijden en moet je er meer aandacht aan besteden, want het is tenslotte je motor.’

Net als bij Axel Witsel ging zijn verblijf in China gepaard met een individuele opvolging van zijn fysiek, om op het niveau te blijven dat nodig is voor interlands met de Rode Duivels. ‘Ik ben altijd tussen de tien en de dertien kilometer per match blijven lopen, net zoals in Europa’, zo verdedigde hij zich in december nog in Sport/Voetbalmagazine. ‘Wat wel anders is, is dat je hier in Europa op het veld één seconde hebt om een beslissing te nemen, terwijl je er in China misschien drie hebt. Het spel verloopt trager, maar er wordt evenveel gelopen en geknokt als elders.’

Enkele weken na zijn terugkeer in de winter van 2020 miste Carrasco nog ritme, al toonde hij zich zo enthousiast dat zijn coach hem 30 speelminuten gunde in de Madrileense derby. Toen de lockdown werd afgekondigd, kon hij daar dus niet ontevreden over zijn. Want na die lange onderbreking werden alle tellers weer op nul gezet en de fameuze fysieke voorbereiding door de luitenants van El Cholo bracht hem sneller dan verwacht weer op het niveau van zijn ploegmaats. Uiteindelijk werd de uitleenbeurt omgezet in een definitieve transfer. China was nog slechts een herinnering en de Europese carrière van de Rode Duivel kon een doorstart nemen.

China tegen de pijn

Toen Carrasco naar China ging, werd dat uiteraard voorgesteld als een beslissing met financiële argumenten, maar het vertrek van de flitsende dribbelaar naar het Verre Oosten had zeker andere redenen. Bovenaan die lijst staat een weerbarstige knie, die hem zoveel last bezorgde dat hij niet de energie kon opbrengen die het voetbal van Simeone vereist. Hij hield dat lange tijd verborgen, maar bekende eind vorig jaar in Sport/Voetbalmagazine dat de fysieke belasting onhoudbaar was geworden: ‘Het klopt dat ik op een bepaald ogenblik, kort voor mijn vertrek, ben ingestort. Ik had altijd ergens pijn en in mijn laatste zes maanden bij Atlético werd het erg lastig. Ik wist dat ik niet goed speelde, maar ik besefte ook dat het niet zomaar mijn eigen schuld was. ik had voortdurend allerlei pijntjes. Dat is de voornaamste reden van mijn transfer naar China.’

Van zwakke schakel naar sterkhouder: hoe Yannick Carrasco open bloeit bij Atlético
© GETTY

Terwijl sommigen vreesden voor het vervolg van zijn carrière, zorgde het minder opgejaagde Aziatische voetbal ervoor dat Carrasco zijn benen terugvond van toen hij twintig was. Met 1,4 gecreëerde kansen en vooral twee geslaagde dribbels per match is hij de man die voor het meeste gevaar zorgt bij de colchoneros. Hij nam ook – met succes – een groot deel van de vrije trappen voor zijn rekening, nog een bewijs dat zijn statuut binnen de groep veranderd is.

Het dient gezegd dat de Madrileense vestiaire tussen zijn vertrek naar China en zijn terugkeer naar Spanje wel flink veranderd is. Het einde van de cyclus van de kern die twee Champions Leaguefinales speelde, begon na het WK in Rusland, toen sterkhouder Gabi het Wanda Metropolitano verliet voor een dik betaald prepensioen in de Perzische Golf. Een jaar laten zochten Diego Godín, Filipe Luís en Juanfran, de bloedhonden van de mythische defensie, andere oorden op. Zo kon Carrasco terugkeren naar een minder vijandige plek, want hij lag nooit in de bovenste schuif bij de oude garde van de colchoneros.

De sterkhouders versus Beckham

Dat hij zijn goal in de finale van de Champions League 2016 op zijn eentje vierde (met een kus aan zijn toenmalige vriendin Noémie Happart), viel niet in goede aarde bij de oude rotten van Atlético, die volgens de richtlijnen van hun coach gefixeerd waren op het collectief. Simeone zelf was zich er wel van bewust dat zijn plan minder goed zou werken zonder een vleugje individuele gekte, zelfs egoïsme, maar de houding en de inzet van de jonge Carrasco vielen niet te rijmen met de verwachtingen van de anciens. Gabi en Godín noemden hem Beckham wegens zijn attitude en lieten niet na om daar scherpe opmerkingen over te maken, vaak luidkeels. De Rode Duivel, die liever zijn voeten liet spreken, antwoordde op training op zijn manier, met schijnbewegingen en technische hoogstandjes.

De kleedkamer wordt nu gedomineerd door Koke en Saúl, met wie Carrasco’s relatie veel beter was. Hij koppelt nu maturiteit aan rendement in een ploeg die gebouwd is rond Luis Suárez en dus beter gewapend is om La Liga te winnen dan om Europa te veroveren. De Uruguayaan was de belichaming van de Europese beperkingen van Barcelona – hij scoorde de laatste vijf jaar slechts vijf keer in de eindfase van de Champions League – maar is nog altijd een te duchten wapen om doelpunten te maken op de Spaanse scène.

Van zwakke schakel naar sterkhouder: hoe Yannick Carrasco open bloeit bij Atlético
© GETTY

Daar El Pistolero altijd goed is voor vijftien goals per seizoen, doorgaans zelfs twintig, kan Simeone met hem in zijn ploeg op zoek gaan naar een tweede nationale kroon als coach van Atléti, zeven jaar na de eerste. Na zijn vliegende start begon hij evenwel langer en langer droog te staan en dat kon niet helemaal gecompenseerd worden door de verdedigende sterkte. Ook aan de mirakels van Jan Oblak, die in de eerste achttien wedstrijden van dit seizoen slechts acht goals binnenkreeg, komt een einde. De titelstrijd, die in de herfst al beslecht leek, kreeg daardoor, en door het nieuwe evenwicht dat Barça vond onder leiding van een begenadigde Lionel Messi, opnieuw spankracht.

Folietjes op het scorebord

Nu de laatste sprint is ingezet, met nog een onderlinge wedstrijd op het veld van Camp Nou op het programma, heeft Atlético nog steeds de troeven in handen om te slagen en opnieuw de titel te ontfutselen aan Real en Barça. De tweede nog maar sinds de hegemonie van dat duo begon na de titel van Valencia in 2004. In die race zal Yannick Carrasco een van de meest doeltreffende wapens in het arsenaal van Diego Simeone zijn. De Belg, die dit seizoen al aan vijf goals en zeven assists zit in La Liga, weet beter dan wie ooit hoe je de blaugrana op eigen veld pijn kunt doen. In het begin van 2016, enkele maanden voor hij de netten deed trillen in de finale van de Champions League, schitterde de Rode Duivel op het grote Catalaanse veld en werd hij na een slalom van zestig meter alleen maar afgestopt door een terugspurtende Gerard Piqué. Deze keer hoopt El Cholo dat de folietjes van zijn artistieke Belg ook op het scorebord te zien zullen zijn.

Door Guillaume Gautier

ZIJDELINGS: Real Moe-drid

Real Madrid is moe. Trainer Zinédine Zidane gaf na de thuis met 2-1 gewonnen clásico tegen FC Barcelona al aan dat zijn spelers op hun tandvlees zitten en dat ze moeite hebben om 90 minuten vol te maken. De oorzaak is niet ver te zoeken: de meer dan 50 blessures waarmee de kern dit seizoen geplaagd werd. Daardoor zag Zidane zijn rotatiesysteem in de war gestuurd en moesten sommige pionnen sneller dan voorzien weer paraat staan.

Zo speelde de niet helemaal fitte Uruguayaan Federico Valverde in Liverpool met een inspuiting op de hem niet vertrouwde rechtsachterpositie, omdat Daniel Carvajal en Lucas Vázquez niet beschikbaar waren en Zizou weinig vertrouwen heeft in Álvaro Odriozola. Ook de Braziliaan Éder Militão lag, met een prijskaartje van 50 miljoen euro rond de nek, eigenlijk al in de vuilbak, maar werd de laatste weken noodgedwongen opgevist omdat er centraal achterin door het uitvallen van Sergio Ramos (blessure) en Raphaël Varane (COVID-19) geen andere opties meer waren.

Bij Real willen ze op dit moment nog geen keuze maken tussen de titelrace en de Champions League, maar zaterdag zullen in de competitiewedstrijd tegen Osasuna toch weer een aantal spelers, onder wie vermoedelijk Toni Kroos, Luka Modric en Karim Benzema, rust krijgen. Elk nadeel heeft zijn voordeel: een aantal canteranos konden zich de afgelopen weken op die manier in de kijker spelen. Zo is iedereen vol lof over de 20-jarige middenvelder Antonio Blanco. En geef toe, met zo’n achternaam kan je toch alleen maar slagen bij Los Blancos?

Door Steve Van Herpe

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content